
Het primeurtheater in Bordeaux
Al die geachte wijn-‘critici’, ze bakken er maar weinig van bij de voorproeverijen in Bordeaux. Ze exposeren het air van de onfeilbare smaak- en potentievoorspeller en zitten er voor het grootste deel naast. Michel Rolland, een van de belangrijkste wijnconsultants in de Bordelais, heeft daar eerder een boekje over open gedaan. Aan de hand van vatmonsters is niks te voorspellen, vindt hij. Dat kan pas als de wijn is gebotteld. Dus al die hoogst interessante proefnotities van ‘en primeurs’, die ‘leidend’ zouden moeten zijn voor wijninkopen van de jaargang 2016 kunnen de prullenmand in. Daar komt bij dat er straks iets anders in de fles komt, dan de critici deze keer voorproeven. Want er wordt gerommeld met proefvaten en er is sprake van vriendjespolitiek.
Opschroeven
Die hele vertoning is niets anders dan een truc van wijnboeren om de prijzen op te schroeven. Het spel wordt daar slim gespeeld. De cru-koningen maken merkbaar onderscheid tussen wijncritici ‘met invloed’ en kleinere meelopers. En die kielzoggers vinden het een hele eer vatmonsters te mogen proberen. Schrijven daar doorgaans opgetogen over. In ieder geval niet zo negatief dat ze het jaar daarop nergens meer terecht kunnen. Want ze willen bij hun lezers voor ‘wijnautoriteit’ doorgaan. Van wiens mening het afhangt of het de moeite waard is al bepaalde wijnen te reserveren.
Wie ooit in die contreien geweest is kent het circus van wijn-‘kenners’ en -‘weters’. Ze denken in een minuut al te kunnen vaststellen wat voor ‘toekomst’ de wijn beschoren is. Een ‘act’ die voornamelijk heeft te maken met persoonlijk ‘prestige’ bij de belangrijkste wijnhuizen. Wijngoeroe Robert Parker is een paar maal teruggekomen van een eerder verkondigde mening over primeurwijnen. Maar de meesten doen er later liever (beschaamd) het zwijgen toe als blijkt dat de wijnen zich toch anders zijn gaan gedragen en ontwikkelen dan zij op basis van geproefde vatmonsters dachten te kunnen voorspellen. En het merkwaardige is dat hun ‘volgers’ hen zelden of nooit afrekenen op missers.
Toegegeven
De cru-magnaten in de Bordelais weten al op voorhand dat menige wijn straks anders smaakt, dan ‘wijnduiders’( en dat zijn er dit jaar ongekend veel) hem ‘en primeur’ proeven. Want al bestaat er een ongeschreven wet die zegt dat wijnmakers het nooit over elkaars geheimen hebben, die ‘omerta’ is op dat punt niet waterdicht gebleken. Enkele wijnhuizen en ‘consultants’ in Bordeaux hebben eerder openlijk toegegeven dat die primeur-‘critici’ niet altijd hetzelfde in het glas krijgen als later in het jaar de fles ingaat. Met andere woorden: er wordt gesjoemeld. Met jaargangen, vooral met de inhoud van proefvaten en bovendien met assemblages. En als er een paar wat toegeven, kun je er rustig van uitgaan dat er op redelijke schaal met primeurwijnen wordt gerommeld. De één erkent dat hij de actuele jaargang wat smakelijker maakt door uit een ander vat bij te mengen. De ander zegt met een stalen gezicht de hout-‘opvoeding’ te forceren. En weer een ander houdt z’n beste vaten achter voor ‘monsters’ en schenkt de rest iets anders in. Een château-eigenaar kwam er zelfs voor uit dat hij voor maar twee topproevers een vers vat opende. En dat het bekendste Franse wijnblad het maar met de tweede of derde keus moest doen. Dat ‘voortrekken’ van bepaalde wijncritici is overigens geen typisch Frans verschijnsel. Ook in Italië, met Montalcino als uitspringer, meten ze met twee maten. Daar wordt eerst een aparte ‘pre’- anteprima gehouden voor ‘bevriende’ wijn-‘critici’. En daarna volgt de voorproeverij voor het klootjesvolk.
Dan zijn er nog de Franse wijnmakers die namens hun baas wijnjournalisten voorliegen over de vinificatie, maar nooit worden ontmaskerd, omdat dat in Bordeaux binnen de ‘omerta’ blijft. Kortom: de primeurproeverijen zijn al enige tijd onderhevig aan beoordelingsinflatie. Bedriegers verpesten het voor anderen, waarmee de primeurproeverij aan betekenis verliest. Met Jean-Michel Laporte van Château La Conseillante in Pomerol, die dat enkele jaren terug in Londen nog eens aan de kaak stelde, stel ik vast: wie erop koerst, riskeert een flater.
Vergoelijkt
Bedrog en misleiding zijn van alle tijden. Ook in de wijnwereld. Te vaak en te gemakkelijk worden die praktijken vergoelijkt. Als je de perswijn weglaat uit het proefvat omdat de wijn zich anders ‘te hard’ presenteert, vindt zelfs Michel Rolland dat acceptabel. Maar hij weet dan al op voorhand dat de straks gebottelde wijn anders van karakter is. In de Bordelais zijn dit soort verschijnselen godlof lang niet overal gemeengoed. Maar naarmate de sjoemelarij omwille van het grote geld veld wint bij de Grote Heren, is de kans groot dat de rest erdoor wordt aangestoken. Daarom lijkt het ons wenselijk dat de Conseil Interprofessionnel du Vin de Bordeaux de ‘omerta’ verbreekt, opheldering verschaft, normen stelt en zonder uitstel zuiveringsmaatregelen treft. Enkele châteaus hebben uit zichzelf al afstand genomen van dat primeurgedoe. Ze zijn het o.m. niet eens met het voorinschrijvingssysteem en met het presentatietijdstip van de ‘maagdelijke’ wijn.
Bordeaux procedeert zich al jaren suf om ‘eerlijke’ wijnclassificaties te bevorderen en dubbele petten bij keuringsautoriteiten onaanvaardbaar te verklaren. Laat dat zelfreinigend vermogen dan ook maar eens werken bij de ‘en primeur’-presentaties, waarbij zichzelf overschattende critici geregeld voor aap worden gezet.
