OLYMPUS DIGITAL CAMERA

De Müllheimer Weinmarkt, de ideale presentatie om veel gutedel te proeven

De knisperende droge witte wijn van de gutedeldruif is hier maar gering bekend en dat is zeer onterecht. Want deze koel geurende wijn is door zijn geringe alcoholgehalte enorm culinair toepasbaar en heel betaalbaar! – Albert de Jong

Tot aan de komst van de monocepagewijnen was de gutedel eeuwenlang een van de belangrijkste druivenrassen in de toen heersende cultuur van Gemischter Satz wijn. Bij dit aloude wijntype stonden, en staan, allerhande rassen kriskras door elkaar in de wijngaard en worden alle druiven gelijktijdig geoogst en tot wijn verwerkt. Door die vooraanstaande positie was gutedel door geheel Duitsland aangeplant en vooral populair in de wijngaarden van Baden, Pfalz en Franken. In zijn standaardwerk “Die Geschichte Des Weinbaus” uit 1928 beschrijft Baron Friedrich von Bassermann-Jordan zelfs “dat de gutedel de wijngaarden van Landau tot Maikammer domineerde”. Twee eeuwen geleden was gutedel zelfs de duurste wijn van geheel Baden en onderging hij standaard een twee jaar durende houtrijping. Als hommage hieraan maakt het toonaangevende wijngoed Ziereisen, uit Efringen-Kirchen, een prestige gutedel, Jaspis genaamd, die gedurende achttien maanden op houten fusten wordt gerijpt. Deze “Landwein” is zonder meer de Romanée Conti van de gutedel en kost ruim € 125,00 per fles. Gelukkig zijn reguliere gutedels veel lager geprijsd en voor een kleine tien euro heeft men al een spectaculair exemplaar

Weingut Zotz (foto: Julius Zotz KG)

Weingut Zotz (foto: Julius Zotz KG)

De druif werd in 1780 vanuit Zwitserland door de toenmalige vorst Karl Friedrich Markgraf von Baden naar Duitsland gebracht. Het zuidelijke Markgräferland, de idyllische vakantieregio tussen Freiburg en Bazel, bleek de ideale streek en ontpopte zich als kerngebied voor verleidelijke gutedel. Daarnaast is hij op kleine schaal aangeplant in de nabijgelegen Breisgau en in de oostelijke wijnregio Saale-Unstrut. Buiten Duitsland en Zwitserland, waar hij als chasselas de basis is van veel gereputeerde wijnen, treft men hem kleinschalig aan in de Franse Elzas en in enkele Noord-Amerikaanse wijnbouwgebieden. Zijn Zwitserse oorsprong ligt, volgens recente DNA analyse, rond de oevers van het meer van Genève en de wijndruif heeft, zoals regelmatig via publicaties wel wordt aangegeven, geen connecties met Egypte of enig ander land van het Midden-Oosten! Wereldwijd is gutedel echter veel meer aangeplant dan men zou verwachten. Er is namelijk ruim achtendertigduizend hectare van aangeplant maar veel van die aanplant dient als tafeldruif of wordt gebruikt voor druivensap.

De druivenstok geeft flinke breedgeschouderde trossen met grote ronde friszoete druiven die groengeel of zelfs rood, een variant, van kleur zijn. De wijnboer kan heel gevarieerd met het oogstgoed werken en zodoende is er een grote diversiteit aan stijlvormen. Eén karaktereigenschap blijft echter altijd aanwezig: zijn direct vriendelijke smaak in combinatie met een laag alcoholgehalte. Een juiste gutedel heeft namelijk al voldoende aan 11% alcohol om als overtuigende wijn te functioneren.

Diverse flessen gutedel

Diverse flessen gutedel

Qua bereiding zijn er diverse vinificatieprocedés te herkennen. De snel in rvs vergiste, koel aandoende wijnen. Bij dit bereidingsproces wordt de wijn zo vlot mogelijk gebotteld om hem een zo groot mogelijke frisheid mee te geven. Veelvuldig ruiken deze wijnen naar gebottelde koele berglucht. Een kwalitatief boeiender wijn ontstaat als de producent het vinificatieproces trager laat plaatsvinden en de jonge wijn enige tijd op zijn droesem laat rijpen. Dit vinificatiemodel geeft de mooiste exemplaren: elegant verfijnd met veel terroirexpressie. Deze droge wijnen zijn, in de gastronomie, zeer toepasbaar bij allerhande voor- en tussengerechten. Opmerkelijk vaak heeft hij dan overeenkomst met elegante exemplaren van grüner veltliner of silvaner. Dit ranke type geurt verleidelijk en in het verkwikkende aroma zijn veelvuldig geuren te ontdekken van: abrikoos, grapefruit, citroen, groene en gele appel, bloemen, mirabellen, meloen, walnoten, gras, peper en honing.

Het is ook mogelijk om de jong bereide wijn een biologische zuurafbouw te laten ondergaan. Hierdoor wordt het aanwezige rinse appelzuur omgezet in zachter melkzuur en verkrijgt de wijn een robuustere structuur met een breder smaakpalet. Dit type herinnert veelvuldig aan een lichte witte bourgogne en kan in tegenstelling tot de voorgaande gebaad zijn bij enige rijping. Een andere stijlvariant bestaat uit een combinatie van deze twee vinificatiemethodes, waarbij de twee jonge wijnen later bij elkaar worden gemengd. Een eigentijdse afwisseling op al de genoemde bereidingsprocedures vormt het gebruik van houtlagering, al of niet met omroeren, in medium of donker getoaste eikenfusten. Hierdoor wordt de structuur ietwat vlezig en verkrijgt hij secondaire aroma’s van rook en kerrie. De wijnboeren noemen hem dan geen gutedel meer maar chasslie, verwijzend naar zijn Zwitserse naam chasselas.

Weingut H. Schlumberger

Weingut H. Schlumberger

Enorme terroirexpressie
Doordat de druif een puristische frisse, ongecompliceerde aard heeft kan hij geweldig zijn herkomst etaleren. Globaal komen de dagelijkse dorstlessers van lössleemgrond en de meer minerale getypeerde exemplaren van kalkbodems. De meest mineraal uitbundige wijnen komen echter van de wijngaarden rond de oorden Istein en Efringen-Kirchen. Bekijkt men het totale Markgräflerland dan steken deze wijnpercelen er bovenuit: Isteiner Kirchberg, Efringen-Kirchen Ölberg, Auggener Schäf, Laufener Altenberg, Weiler Schlipf, Badenweiler Römerberg, Staufener Schlossberg, Mauchener Frauenberg, Schliengener Sonnenstück, Schliengener Ölacker en de Müllheimer Reggenhag.

Aanbevolen wijnboeren: Ziereisen, Martin Wassmer, Schlossgut Ebringen, Winzerhof Ebringen, Weingut Feuerstein, Zotz, Lämmlin-Schindler, Blankenhorn, Staatsweingut Blankenhornsberg, H. Schlumberger, Weingut Kalkwerk, Weingut Hans Engler, Rainer Schlumberger, Schlossgut Istein en de Winzergenossenschaften van Britzingen en Auggener Schäf.